amicaal bijv.naamw. Uitspraak: [ ami'kal ] Afbreekpatroon: ami·caal aardig zoals bij vrienden hoort Synoniem: vriendschappelijk Synoniemen: gemeenzaam kameraadschappelijk vriendschappelijk vormelijk (antoniem) 
1) Hartelijk 2) Vriendschappelijk 3) Joviaal 4) Vriendelijk in de omgang 5) Gemeenzaam 6) Kameraadschappelijk 7) Bevriend 8) Eigen 9) Ongedwongen 10) Als een vriend 11) Vriendelijk 
Let op: Spelling van 1858 amicabel, amiable, vriendelijk, vriendschappelijk; à l'amiable, in het vriendelijke, in der minne. Amicabilis compositio, schikking in der minne. Amicabiliter, amicabili-modo, vriendelijk
vriendschappelijk (toon de herkomst via de etymologiebank)
vriendschappelijk Voorbeeld: De docent gaat erg amicaal om met al zijn leerlingen.
•aardig en vriendschappelijk in omgang.
vriendschappelijk
vriendschappelijk